... en van Bangkok naar Kanchanaburi

29 januari 2015 - Kanchanaburi, Thailand

Het vervolg op het verhaal van gister.

Ik kom aan bij halte Victory Monument, een halte met een stuk of vijf uitgangen waarbij in mijn herinnering alleen maar in het Thais staat aangegeven waar je bij welke uitgang uitkomt. Er is een kaart (“U bent nu hier”) maar waar die minivans zijn is nog steeds een klein raadsel. Op goed geluk zoeken dus, en eigenlijk redelijk snel heb ik het vertrekpunt gevonden.

Dat punt in kwestie ligt achter een straatje van een meter of dertig met allerlei verschillende marktkraampjes met eten en kleding. Bij een hokje vraag ik ‘minivan Kanchanaburi’ (ik moet ook nu nog altijd leren mijn Engels zo basic mogelijk te houden: zinsconstructies als ‘could you tell me’ leveren hier wazige blikken op) en de man wijst achter zich. Geen idee wat hij bedoelt, maar ik loop met hem mee.

Er zitten twee mensen achter een provisorische balie. Bij een van hen betaal ik – ohgodohgod ik heb verschrikkelijk veel geld op zak als er maar geen zakkenrollers op af komen! -  krijg een kwitantie en hij gebaart dat ik moet zitten. Mijn backpack en schoudertas zet ik neer op een plek tussen mijn benen waar ik ze van alle kanten in de gaten kan houden.

Na een minuut of wat gebaart hij dat ik mee moet lopen naar de plek waar ik eerst stond. Met – yeeeh! – de minivan naar Kanchanaburi. Althans, dat hoop ik aangezien er geen letter Engels op staat. Internationale metropool Bangkok, weer een illusie minder. Een klein donker busje met airco. Ik ga achter de chauffeur zitten. Ik bof dat er naast de chauffeur een vrouw ook naar Kanchanaburi moet die wat Engels kan. Ik laat haar tijdens de reis de pagina van mijn Lonely Planet zien die opengeslagen is bij de pagina van het Blue Star Guesthouse waar ik de eerste nacht ga zijn.

Zowel de ritprijs van 120 baht als de tijdsduur van twee uur aangegeven in de Lonely Planet kloppen gelukkig. Even ben ik nog steeds bang dat ik in de verkeerde bus zit maar als ik een bord met Kanchanaburi zie staan is er weer een prettige opluchting. Oh ja, en alle verhalen over de Thaise rijstijl kloppen: de man maakt een paar manoeuvres die zacht gezegd pittig zijn. Maar, prima ritje. Ik val af en toe en slaap en kijk wat om me heen, en maak de fout om de vrouw voor me op haar schouder te tikken om haar aandacht te vragen of we nog steeds naar het Blue Star gaan. Of nou ja, fout... Later hoor ik dat het niet zo beleefd is. Maar eigenlijk: hoe had ik het dan moeten doen?

En kijk... het BlueStar Guesthouse ligt een paar meter voor me.

 

1 Reactie

  1. Mam:
    29 januari 2015
    Leuk stukje.