Japan, Nikko, deel #3 - en het vegan restaurantje Meguri is nog steeds een hele fijne plek

31 januari 2023 - Nikko, Japan

De Roemeense Praatgrage (vanaf nu: R.P.) praat nog steeds graag en veel en How Can I Make This About Me, maar in de spraakwaterval zit af en toe een goeie tip.

De eerste tip ging over een souvenir waar ik over een tijdje naar op jacht ga, de tweede ging over de besteding van mijn derde dag hier in Nikko. Het is een lang verhaal wat ze me vertelt, maar het komt er op neer dat ik bij het treinstation een bus moet nemen naar het Yunoko Meer, daar een stukje terug loop naar een nabijgelegen waterval, dan een wandelpad van 2,5 uur naar beneden doe en dan ergens de bus naar de stad terug pak. Dat is het plan. De uitwerking verliep wat anders en maakte me een tijd lang knap zenuwachtig.  

Zoals verteld: Nikko ligt wat verder in het noorden, waar het dus wat kouder is en waar er dus wat meer sneeuw ligt. Meer daarover zometeen. 

Voor een tweede nacht op rij slaap ik goed - als het vannacht weer een goede nachtrust is verwacht ik drie keer scheepsrecht en neem ik aan ( / mag ik hopen, na een week) dat die jetlag voorbij is. R.P. raadt me aan om rond acht uur te ontbijten zodat ik rond 9 uur op het station kan zijn. De roerei is uitstekend en ik krijg een lift naar het station, waar ik meteen instappen in de bus, rond kwart voor 9 al.

Ik tegen chauffeur: 'Is this bus to lake?' Ik heb mijn huiswerk niet gedaan dus ik zie pas in de bus dat eerst het grotere Lake Chuzenji komt en veel verderop pas het kleinere Lake Yunoko. Een tijdje zit ik inwendig moeilijk te doen omdat het anders loopt dan ik dacht, maar het is fijn om in een (warme) bus te zitten en de besneeuwde bergen van Nikko vervelen me nog steeds niet. Ik kom er achter dat elke halte een nummer heeft: Nikko Station hangt ergens rond 3, dan heb je - zeg - Chuzenji met nummer 29 en Yunoko 45. Alsof het een Chinese menukaart is (die grap is slecht maar ik heb bier op met een ondertussen lege maag). Ook nu is het OV weer erg duidelijk.

Probeer je voor te stellen hoe ik even naar adem hap bij het zien van het besneeuwde meer Chuzenji op zo'n 1400 meter hoogte. Ik geloof heel graag dat het ook heel mooi is in de zomer of de lente (kersenbloesem die ik niet zal zien) maar ik heb er geen moment spijt van dat ik hier in de winter ben. Adembenemend, echt. Ik stap  als een van de laatsten uit bij  Yunuoko. R.P. heeft het erover dat je daar in een half uurtje omheen kan lopen alleen: er ligt nu zo'n dik pak sneeuw dat het niet duidelijk is waar het looppad is. Ik maak wat foto's en ga dan snel terug, net als twee Japanners die er ook op dat moment zijn.

R.P zei dat het een kleine tien minuten naar beneden lopen is naar de waterval. Het looppad is door de sneeuw afgesloten en de waterval kan ik niet vinden, wat ik ook geen hele grote ramp vind. Een kleine 20 minuten loop ik in mijn eentje, en ik heb te veel films gezien dus ik stel me hier weer constant voor hoe ik elk moment een auto in kan worden gesleurd. Een Japanner die net als ik foto's maakt bij een uitkijkpunt ontwijk ik, wat nergens op slaat want hij stapt een paar minuten later met mij de bus in naar Chuzenji, hij is ook moe na heel wat kilometers lopen ('hiken', zo u wil). Wel moet ik een lift afslaan van een ouder echtpaar.

Even later stap ik uit bij Chuzenji. Om redenen die me nog steeds niet duidelijk zijn: de volgens mij normaal vrolijk toeristische rij winkels, barretjes en restaurantjes is volledig dicht. Een Chuzenji Meer-met-sneeuw is schitterend en ik had daar met gemak een uurtje op de bus kunnen wachten met een boek (The Hobbit, waardeloos trouwens). Maar het is nog vroeg - een uurtje of half twaalf in de ochtend - en ik besluit niet te wachten bij Chuzenji maar door te lopen 'en dan bij de volgende halte de bus te pakken', zo is de gedachte. Wat ik dan nog niet weet: die volgende halte is 1,5 uur lopen verder.

Het looppad is dus afgesloten, dus moet ik langs de autoweg lopen. Geen idee of dat verboden is, geen idee of het normaal is, ik loop kortom redelijk blindelings. Eerst is het nog gewoon wat steil, na verloop van tijd moet ik in de haarspeldbochten lopen waar we op de heenweg met de bus naar boven gingen. Ik raak lichtelijk in paniek: er is niet heel veel aan de hand want het is nog vroeg en het is nog licht, maar ik weet niet waar ik aan toe ben en nog steeds: in mijn eentje ergens lopen vind ik niet comfortabel.

Ik spits mijn oren meerdere keren of ik achter me iets hoor wat op een bus lijkt. Dat gebeurt een paar keer en ik probeer met handgebaren duidelijk te maken 'stop even, neem me mee' maar of ze zien het niet of ze willen het niet en dat begrijp ik ook nog wel: stoppen, met natte wegen, in haarspeldbochten, het is niet ideaal (ik denk terug aan Sri Lanka waar ze met een rotgang met een overvolle bus door zelfde haarspeldbochten heen gingen - was toch ook erg leuk). Het is allemaal niet erg, maar ik heb geen zin om door de korte (maar donkere) autotunnel van op de heenweg te moeten lopen, plus op wildplassen staat volgens mij de doodstraf hier. 

Nog 4 km tot het volgende stadje, 1500 meter hoogte; nog 3 km tot het volgende stadje; 1300 meter hoogte... we gaan steeds lager en we komen steeds dichterbij Nikko. Maar na ruim 100 minuten lopen nog steeds geen bushalte. Google Maps geeft ondertussen de wandelroute aan en het is een resterende 8 km lopen (van 14 in totaal). Het digitale gezelschap van Google Maps, weer iets Nederlands horen ('ga hier naar rechts') geeft op de een of andere manier wat meer rust. Net als ik besluit de rest van de route gewoon per voet af te leggen zie ik eindelijk een bordje met cijfer 23 staan, en volgens het schema komt de eerstvolgende bus binnen zes minuten. Het ding is een minuutje te laat.

Aangezien dit een blog van Tolstoyaanse proporties is geworden (twee bier op een lege maag, dat schrijft vlot) bewaar ik mijn verhaal over de bustickets voor een Deleted Scenes blog.

Het fijne is dat mijn rug goed meewerkt, ik krijg het ook hier voor elkaar om me druk te maken over mijn (door mezelf veronderstelde) kaalheid, maar ik ben binnen een kwartiertje in Nikko. Ik eet een late lunch van buckwheat noodles in een zaakje dat ik nog niet kende ('vegetarians welcome!') maar het is mwah, het is geen Meguri. Die zijn gelukkig ook vandaag open dus voor een laatste keer stap ik daar weer binnen en net als gisteren hun koffie met vegan chocoladecake en een bolletje soja koffie-ijs.

Ik voel me warm, tevreden, ben blij dat dit soort zaakjes nog bestaan. Via de vertaalmachine van DeepL overlaad ik ze met complimenten en zeg - naar waarheid - dat ik hun naam vaak ga noemen bij de vegetarische en veganistische gemeenschap in Nederland. En morgen Kyoto. Zin in. Wel nog een zwembroek ergens zien te kopen want die ben ik vergeten. 

2 Reacties

  1. Lilian:
    31 januari 2023
    Wat een avontuur joh, mooi geschreven.
  2. Mam:
    31 januari 2023
    Geweldig weer.Wat een avontuur.